Uitstekend nieuws voor de fans van
de te vroeg van het scherm verdwenen televisieserie Firefly,
want vooruitlopend op de speelfilm brengt Dark Horse in juli
alvast de driedelige miniserie Serenity uit. Natuurlijk met
Joss Whedon als co-schrijver. In diezelfde maand maakt de
van allerlei merchandise bekende Emily the Strange eindelijk
haar comicdebuut en rondt Mike Mignola helaas alweer zijn
miniserie Hellboy: The Island af.
Het affiche voor DC bevat deze maand
slechts twee namen: Frank Miller en Jim Lee. Voor wie dat
niet genoeg vindt, het duo gaat werken aan de nieuwe maandelijkse
reeks All Star Batman and Robin, een soort kruising tussen
het Elseworlds van DC en het Ultimate Universe van Marvel.
Daarnaast gaat de aandacht uit naar de verschillende miniseries
die toewerken naar de enorme crossover Infinite Crisis, de
verzameling Seven Soldiers miniseries door Grant Morrison
en het vijfenzeventigste deel van JSA. Andy Diggle en Leinil
Yu laten bij WildStorm van zich horen met de titel Silent
Dragon en Jill Thompson heeft zich intussen wederom gestort
op een mangacomic met allerlei personages uit de klassieker
The Sandman. De titel verklapt welke personages: The Dead
Boy Detectives Digest.
Invincible viert bij Image het vijfentwintigste
nummer, terwijl Jason Pearson zijn creatie Body Bags weer
eens van stal haalt voor een nieuwe miniserie en de Europese
strip Bonerest een overstap naar Amerika maakt. Op afstand
de interessantste comic van de maand is echter Hellshock,
The Definitive Edition, een gebundelde editie van Jae Lee's
vroeger nooit afgeronde reeks Hellshock. Klinkt beter dan
Freshmen, de zoveelste crossmediapoging van Top Cow.
Marvel doet het deze maand voor niet
minder dan vijfentwintig miniseries. Dat is één
meer dan vorige maand en is ongetwijfeld een record. Veel
komt voor rekening van House of M, de crossover die aan de
basis staat van miniseries over Iron Man en Spider-Man en
ook Mutopia X lanceert als een uitloper van District X. Van
geheel andere orde is de komst van Mark Millar en Greg Land
als nieuwe makers van Ultimate Fantastic Four. Voor die twee
loop ik graag een extra keer naar de stripspeciaalzaak! Hetzelfde
geldt voor David Lapham, die begint aan zijn zesdelige Daredevil
vs Punisher. En kijk, een comeback die ongetwijfeld gaat verrassen:
Defenders door Keith Giffen, J.M. DeMatteis en Kevin Maguire.
Een stevige dosis humor lijkt gegarandeerd.
Het lijkt wel of de independents allemaal
een maand rust inlassen. Dit katern in de Previews bevat namelijk
weinig waar een gemiddelde liefhebber wakker van zal liggen.
Dynamite Entertainment wil in ieder geval gebruik gaan maken
van het succes van Red Sonja, vandaar dat de nieuwe titel
Army of Darkness wordt gelanceerd. Helaas spreken de makers
nauwelijks aan. De makers van de nieuwste G.I. Joe bij Devil's
Due doen dat wél: met Joe Casey als schrijver kan dat
zomaar de moeite waard zijn. Fantagraphics biedt de hardcover
van Barry Windsor-Smiths The Freebooters, IDW gooit er een
War of the Worlds hardcover tegenaan en leuk nieuws bij Oni
is, dat Courtney Crumrin van Ted Naifeh in het vervolg in
prestige format verschijnt.
comics
:: in
jon
sable, freelance (idw) Vorige maand sprak
ik op deze plek de hoop uit, dat IDW met de nieuwe serie Jon
Sable zou slagen waar het met de revival van GrimJack had
gefaald. Nu is het natuurlijk wel zo, dat van deze nieuwe
miniserie pas één nummer is verschenen, maar
de voortekenen zijn goed.
Bij GrimJack is één
grote fout gemaakt. Daar wilden de makers terug naar de gloriedagen
en dat leverde dus een comic op, die volgens de maatstaven
van die gloriedagen indrukwekkend was geweest, maar die anno
nu op alle fronten tekortschiet. Schrijver en tekenaar Mike
Grell omzeilt de valkuil. Hoofdpersoon Jon Sable is met de
tijd meegegaan en daarmee voelt het eerste deel aan als een
hernieuwde kennismaking met een oude vriend. Dat is overigens
meteen het grootste nadeel: achtergrondkennis is een vereiste.
Die grondige achtergrondkennis is
niet alleen een vereiste vanwege bekend veronderstelde personages
en relaties. Ook de vertelstijl is hier allesbehalve toegankelijk
voor lezers die niet bekend zijn met het verleden van huurling
Jon Sable. Na een openingsscène die redelijk standaard
is, wisselt Grell meerdere malen in hoog tempo van locatie,
waarbij het hoofdverhaal en de persoonlijke subplots verwarrend
kunnen zijn voor iemand die bijvoorbeeld niet weet, dat Sable
zich geregeld met bril, snor en blonde pruik vermomt als boekschrijver
B.B. Flemm.
Uiteindelijk ademt alles wel die volwassen
sfeer uit waar de oorspronkelijke reeks bekend om stond. Daar
dit een miniserie is, moet Grell zijn verhaal een stuk compacter
vertellen, maar dat minpunt weegt niet op tegen het goede
gevoel dat de terugkeer van Jon Sable, Freelance teweegbrengt.
comics
:: out
ocean
(dc) Het is misschien een beetje vreemd, kritiek
hebben op en klagen over een miniserie die al bijna is afgelopen.
Want waar maken we ons dan nog druk om? Toch maak ik nu een
uitzondering voor Ocean, omdat deze zesdelige miniserie van
Warren Ellis en Chris Sprouse stukken beter had gekund en
had gemoeten.
Neem het concept. Dat is typisch Ellis,
met een voorliefde voor sciencefiction, verhalen over een
toekomst waarin ruimtereizen vanzelfsprekend is en waarin
technologische snufjes worden gebruikt, die niet eens heel
vergezocht lijken. Tegen die achtergrond reist het hoofdpersonage
Nathan Kane naar Europa, de oceaanwereld bij Jupiter. Allemaal
sfeervol en mysterieus vormgegeven, mede dankzij de strakke
lijnen van Sprouse, tot vanaf het vierde (of eigenlijk al
het derde) deel de vaart uit het verhaal is. Zomaar opeens.
Bij deel drie kan de lezer nog denken
aan een tussennummer, een stilte voor de spreekwoordelijke
storm. Maar nu ook het vierde en vijfde nummer van de reeks
nauwelijks nieuwe informatie bevatten en blijven steken in
een extreme vorm van decompressed storytelling, belooft het
weinig goeds voor de climax die later deze maand verschijnt.
Bovendien is Sprouse niet de ideale tekenaar voor ruim twintig
pagina's waarin uitsluitend wordt gepraat. Daar is zijn stijl
net te statisch voor, soms bijna tegen het houterige aan.
Ja, Ellis is de ongekroonde meester
van het lage verteltempo. Veel schrijvers kopiëren zijn
stijl, maar naast Brian Michael Bendis komt vrijwel niemand
bij hem in de buurt. Niettemin is Ocean het bewijs, dat ook
iemand als Ellis niet onfeilbaar is. Jammer voor de fans,
een geruststelling voor de concurrenten.