Soms snap ik het zelfs niet meer.
Dan bekruipt me het gevoel dat ik een afslag heb gemist en
in een bizarre parallelle dimensie ben beland, waar boven
onder is en andersom. Neem die open brief die Joe Quesada
onlangs aan Todd McFarlane heeft geschreven. Dat is die brief
waarin de nieuwe hoofdredacteur van Marvel Comics op zeer
plagerige wijze de man achter Spawn uitdaagt om eindelijk
weer een comic te tekenen. Niet zomaar een comic, maar een
heuse Spider-Man / Spawn crossover.
Op zich is deze uitdaging niet onbegrijpelijk.
Het is inmiddels meer dan vier jaar geleden dat McFarlane
zelf een comic heeft getekend. Sinds die tijd inkt hij af
en toe wat, schrijft hij soms een regeltje tekst voor Spawn
en bij hoge uitzondering heeft hij onlangs een cover voor
het honderdste nummer van die serie gemaakt. Maar verder?
Verder bestaat zijn dag voornamelijk uit het met harde hand
regeren over zijn uitgestrekte keizerrijk. Moet gebeuren.
Comics zijn al jaren niet meer de core business bij Todd McFarlane
Productions en de aandacht gaat meer uit naar action figures,
animatieseries en films.
Zelfs als je bedenkt dat voor McFarlane
het tekenen van een comic totaal geen prioriteit meer heeft,
is Quesada's uitdaging nog altijd geen hamerstuk dat zonder
enig nadenken van tafel kan worden geveegd. Het is uitgegroeid
tot veel meer dan een leuk grapje tussen twee jonge mensen
het afgelopen decennium een zeer stormachtige carrière
in de comicwereld achter de rug hebben. Quesada heeft aangegeven
dat als McFarlane de ene helft van de crossover tekent, hij
de andere helft voor zijn rekening neemt en dat Kevin Smith
dat deel als een vriendendienst wil schrijven. Bovendien heeft
hij al toegezegd, dat tienduizend dollar van de opbrengst
naar een fonds gaat dat oude en vergeten tekenaars en schrijvers
financieel bijstaat.
Ben ik nou de enige die deze aanpak
op het geniepige af vindt? Natuurlijk komt Quesada in zijn
open brief over als een joviale, ruimhartige professional
die het beste met de allesbehalve kerngezonde comicwereld
voorheeft, maar tussen de regels door brengt hij McFarlane
in een onmogelijke positie. Niet langer gaat het om een uitdaging
tussen twee personen. Kevin Smith heeft zijn medewerking zo
goed als toegezegd en met de belofte dat een deel van de opbrengst
onzelfzuchtig aan een goed doel wordt gedoneerd, wordt de
publieke opinie gemanipuleerd. Want hoe kan McFarlane nog
nee zeggen?
Hoe kan McFarlane aan zijn fans verkopen
dat hij nee zegt tegen de baas van Marvel? Hoe kan hij verkopen
dat hij nee zegt tegen Kevin Smith? Hoe kan hij verkopen dat
hij een handenvol bejaarde schrijvers en tekenaars in financiële
nood tienduizend dollar ontzegt, omdat hij het te druk heeft
met het laten maken van speelgoed? Om maar te zwijgen over
de groep bij wie McFarlane sowieso al geen goed meer kan doen.
Bij het niet aangaan van de uitdaging zal, gezien de grote
macht van het internet, binnen de kortste keren overal massaal
om het hoofd van McFarlane worden geschreeuwd. Kortom, een
onmogelijke positie. McFarlane moét de crossover wel
doen, al heeft hij zin noch tijd.
Op de redactionele pagina's van Spawn
heeft McFarlane meerdere malen aangegeven dat het tekenen
van Spawn voor hem niet meer zo nodig hoeft. Ten eerste heeft
hij het te druk met andere zaken en ten tweede vindt hij dat
andere talentvolle tekenaars zijn opgestaan die beter werk
afleveren dan hij ooit heeft gedaan. Een groots gebaar waar
respect uit spreekt. En nu wil Quesada op sluwe manier dat
opgebouwde krediet misbruiken, alleen omdat Spider-Man / Spawn
zijn ultieme jongensdroom is? Zit hij thuis soms zwaar onder
de plak? Mag Quesada alleen nog vrijen als hij zich in een
apenpak hijst en webslingerend de slaapkamer betreedt?
Maar laat ik me inhouden. Het blijft
te bizar voor woorden dat een jonge hoofdredacteur van een
grote uitgeverij op zo'n manier gebruik of zelfs grof misbruik
van zijn macht kan maken. Als iemand aangeeft dat hij of zij
geen comics meer wil tekenen, is dat een weloverwogen beslissing.
Zo'n persoon ga je toch niet dwingen tot het maken van een
comeback? Zeker niet als daarbij de publieke opinie als pressiemiddel
wordt gebruikt.