Weet je waar je mij mee op de kast
krijgt? Met mensen die om de zin 'zeg maar' zeggen. Dit Nederlandse
equivalent van het Amerikaanse 'like' draait al een tijdje
mee, maar is pas de afgelopen jaren echt gemeengoed geworden.
Vroeger dacht ik dat het zich beperkte tot meisjes. Tot studentikoze
meisjes met sjaaltjes, een jasje met een jaarclubnaam en het
bij voorkeur blonde haar in een paardenstaart. Tot mijn schrik
heb ik echter ontdekt, dat ook jongens zich schuldig maken
aan dit barbarisme. Vaak nog meer dan meisjes.
Eerder dit jaar zag ik de grootste
mannelijke boosdoener vrijwel iedere week. En vrijwel iedere
week haalde hij met zijn vaak op willekeurige plekken in een
zin gepropte 'zeg maar' het bloed onder mijn nagels. Toen
het kookpunt was bereikt, kon ik kiezen tussen hem de nek
omdraaien en iets anders verzinnen. Ik koos voor dat laatste,
wat volgens mij strafrechtelijk gezien ook best een slimme
zet was; ik koos voor de tactiek van de herhaling. Telkens
als uit zijn mond een 'zeg maar' klonk, herhaalde ik dat.
Met een rollende 'r' voor extra effect. Uiteindelijk vond
hij dat zo irritant, dat zijn monologen nu bijna 'zeg maar'-vrij
zijn geworden.
Je vraagt je misschien af waarom ik
jou dit verhaal mail. Want wat heb jij nu aan de wetenschap
dat ik vreselijk vervelend kan worden wanneer iemand mij op
de zenuwen werkt? Ik leg het graag eens voor je uit. Kijk,
jij bent onlangs samen met Philip aangesteld als nieuwe makers
van Spawn. Dat nieuws werd gebracht alsof zojuist de Verlossers
waren opgestaan. Alsof een duo bijbelse profeten de onwetende
heidenen even zou uitleggen wat goede comics ook alweer zijn.
Goed voor jullie ego, maar ik ben dan al op mijn hoede. Ik
weet immers hoe matig ik de tekeningen vond die Philip ooit
maakte voor Uncanny X-Men. En hoe ik jouw schrijfwerk voor
District X toch vooral schaamteloos jatwerk vond van het meesterlijke
Gotham Central bij concurrent DC.
Eigenlijk is dit dus een waarschuwing.
Dat jullie maar beter goed werk kunnen afleveren. Werk dat
beter is dan wat we de afgelopen vijf jaar voor de kiezen
hebben gehad. Met andere woorden, geen achtdelige verhaallijn
meer waarin Spawn de eerste vijf delen in een verlaten steegje
praat tegen een halfdode vleermuis, geen behekste dorpjes
meer waar Spawn het middelpunt wordt van een strijd tussen
engelen en duivels, niet de zesduizendste terugkeer van de
Violator en al helemaal geen tekenwerk dat na een simpele
tempoversnelling opeens meer wegheeft van een huiskamer waar
net een verfbom is ontploft. Dan krijg je namelijk problemen.
Grote problemen. Met mij.
Bijna tien jaar geleden vertaalde
ik mijn allereerste nummer van Spawn. Om die reden is en blijft
het een bijzondere comic voor mij, ondanks de pieken en de
dalen die het heeft gekend. Dus mocht blijken dat jullie de
boel binnen de kortste keren toch aan het verpesten, verknallen
en vernachelen zijn, zullen jullie ontdekken hoe vervelend
ik echt kan worden. Zeg maar.